activiteiten

Vrije verzen - nieuwe poëzie op de planken

mix
Voorstelling
zaterdag 2 november 13:30 - 14:15
Zaal 2 (Meeting Center)

Met Sholeh Rezazadeh, Lisette Lombé, Sasja Janssen en Jonas Bruyneel serveren we u de fine fleur van de hedendaagse poëzie. Veelgeprezen, vaak gelauwerd en -belangrijk- volop gelezen. In wat een podiumprogramma met een gouden randje belooft te worden dragen deze vier dichters voor uit hun nieuwe bundels.

neem ruim

laaien laaien laaien

Mijn vader zegt entropie mijn moeder logica

Mulhacén

Sholeh

In Neem ruim zei de zee, de eerste dichtbundel van Sholeh Rezazadeh, komen we vertrouwde elementen tegen die ze ook in haar twee lovend ontvangen romans verwerkte: rivieren en zeeën, bomen en bergen, vissen, vogels en vlinders. Net als in haar romans is de natuur geen achtergrond maar een echt personage, dat ziet en voelt, dat liefheeft en vergeet. De mens zelf is een feilbaar wezen dat wanhopig zoekt naar liefde en verbinding maar zich ook verbaast over het gebrek aan aandacht voor de ander.

Sasja Janssen

Hoe betrap je het heden op zichzelf? Is het een freak, een gramarijn, de derde ruimte, een natural blonde? Wat is tijd voor de mens in zijn kleine eeuwigheid? Sasja Janssen gaat als een archeologe te werk in haar nieuwe bundel Mijn vader zegt entropie, mijn moeder logica. Dat levert zowel uitwaaierende, lyrische als gecomprimeerde gedichten op, die terugkeren naar de oorsprong om iets van het raadselachtige nu bloot te leggen.

LisetteLombe

Laaien Laaien Laaien. Lisette Lombé koos de titel van haar nieuwe bundel niet toevallig. Ze is laaiend. Van woede, op elke vorm van discriminatie vanwege huidskleur, religie, geslacht of geaardheid, sociale klasse… Maar ook laaiend van enthousiasme, voor het schrijven, de natuur, de verbondenheid met haar ‘zussen’ en met allen die het goed menen in een harde samenleving. Een lofzang op de vrijheid en op het leven. De bundel werd inmiddels bekroond met de Prix Grenades – een prijs in het leven geroepen om meer gewicht te geven aan de stem van de vrouw.

Jonas Bruyneel

In meanderende coplaverzen wandelt Jonas Bruyneel met de Andalusische dichter Federico García Lorca van de binnenstad van Granada naar de top van de Mulhacén, de hoogste berg van Spanje. Die tocht brengt hen langs de witte dorpen van de Alpujarras, door de onder de droogte kreunende valleien en over de besneeuwde flanken van de Sierra Nevada. In dat veranderende landschap praten ze over het verlangen naar een thuis, polarisatie, empathie en de rol van poëzie in een samenleving die, net als de rode aarde van Andalusië, in ijltempo verdort.